• Lorem ipsum

Waarom de klapschaats sneller is dan de vaste schaats (en dat is anders dan je denkt)

12 Nov 2022

Een schaatswereld zonder klapschaats is bijna niet meer voor te stellen, sinds de introductie hiervan midden jaren 90 een revolutie in de sport veroorzaakte. Maar hoe zit het nou precies met die klapschaats, waarom ga je nou eigenlijk harder? Daarover bestaan nog altijd de nodige misverstanden. 

Het begint eigenlijk al met de naam: toen de geestelijk vader van de moderne klapschaats, dr. Gerrit Jan van Ingen Schenau de schaats ontwikkelde, gaf hij zijn vinding ook de naam klapschaats mee. Dat deed hij niet omdat de schaats na de afzet het klassieke klapgeluid geeft, maar omdat je dankzij het mechanisme je de afzet een extra klap na kan geven, waardoor je meer snelheid ontwikkelt. 

Het idee was dat, dankzij het klapmechanisme, de enkel- en kniestrekking vollediger zouden zijn ten opzichte van een vaste schaats: met het been volledig gestrekt blijft het volledige schaatsijzer bij de klapschaats over het ijs glijden. Dat levert meer energie per afzet op én minder ijswrijving door het krassen met de punt in het ijs, het zogenaamde punteren. Het is nog altijd het klassieke beeld van het voordeel van de klapschaats, maar dat blijkt toch nét iets anders te liggen. 

Volledige strekking van het been met de klapschaats

Afbeelding 1: In eerste instantie werd het voordeel van de klapschaats verklaard door de volledige strekking van het been inclusief de enkelstrekking die op de vaste schaats onderdrukt werd

Geen verschil in strekbeweging tussen vaste schaatsen en klapschaatsen

Een goede twintig jaar geleden zag bewegingswetenschapper Han Houdijk hoe schaatsers zich spectaculair verbeterde op de klapschaats. Gefascineerd hierdoor besloot hij de beweging onderwerp te maken van zijn promotie-onderzoek en ontdekte dat de winst veel minder lag in de strekking van het been, maar veel meer in de verandering van het draaipunt van de voet. Houdijk ontdekte dat die strekking van de klassieke Noor en de klapschaats vrijwel gelijk was. Tot zijn grote verrassing onderdrukten de topschaatsers bij wie hij de beweging onderzocht, de strekbeweging op klassieke Noren niet of nauwelijks. Ook ontdekte hij dat het verlies van vermogen door het punteren opvallend klein was. De onmiskenbare winst van de klapschaats moest dus ergens anders vandaan komen. 

Het draaipunt van de voet bij de klapschaats

Afbeelding 2: Het verplaatsen van het draaipunt van de voet van de punt van het ijzer naar het scharnier van de klapschaats.

Betere timing met de klapschaats

Wat bleek was dat de plek waar je na de afzet de voet draait, van veel groter belang was. Dat zit zo: bij een vaste schaats bleek de draai van de voet zich af te spelen rond de punt van het ijzer. Gevolg is dat de enkelstrekking misschien wel even volledig is als met de klapschaats, maar wel veel zwaarder is voor de kuitspieren en als het ware werkt als een zwaarder verzet. En dat werkt weer door in de timing: de voet kan pas laat in de afzetfase gedraaid worden, maar dan is de knie al (te) ver gestrekt.

Een meer efficiente samenwerking van de spieren door de klapschaats

Afbeelding 3: Door de verplaatsing van het scharnierpunt van de voetrotatie wordt de kuitspier minder zwaar belast en kunnen de spieren in het been efficiënter kracht leveren (Bron: Han Houdijk - The Klapskate: Shifting Gears in Speed Skating)

De klapschaats brengt hier letterlijk verlichting in. Het scharnierpunt van het klapmechanisme zit onder de bal van de voet. In tegenstelling tot de vaste schaats roteert de voet rond dit scharnier, waardoor de kuitspieren minder hard aan het werk hoeven. Het werkt als het ware als een lichter verzet en dat heeft weer gevolg voor het momentum van de afzet. Omdat er minder kracht op de afzet komt, kan zowel de knie- als de enkelstrekking beter getimed worden, waardoor er weer minder energieverlies optreed. De hele beweging van knie en enkel wordt kortom effectiever. 

 

Lichaamslengte en lengte van het ijzer

Houdijk concludeerde op basis van zowel computersimulaties als onderzoek op de ijsbaan dat de positie van het scharnier cruciaal is en zich beperkt tot een beperkte gebied onder de bal van de voet. Het is een gegeven waar Cadomotus in de ontwikkeling van de eigen schaatsen terdege rekening mee houdt. Die balans en timing luister erg nauw, wat ook reden is om goed te kijken naar de verhouding tussen je lichaamslengte en de lengte van je ijzer. Het effect hiervan valt niet te onderschatten. Zo is het verband tussen je schoenmaat en je lichaamslengte relatief klein, dus het is beter de grote van je ijzer af te stemmen op je lengte. Ben je bijvoorbeeld relatief klein, maar heb je een grote schoenmaat en krijg je een (te) groot ijzer geadviseerd, dan treden er op kleine schaal vergelijkbare storingen in je timing op als hierboven staat beschreven. En ben je groot met een kleine schoenmaat, dan kan een te klein ijzer weer onbalans opleveren, waardoor je ook weer een nadelig effect krijgt. Hoe dat precies zit en bij welke lichaamslengte je welk ijzer moet kiezen, lees je hier

 

Precies afstellen van het scharnierpunt 

In de kwart eeuw sinds de revolutie van de klapschaats zijn we intussen flink harder gaan rijden. Professionele schaatsers rijden hun bochten boven de 60 kilometer per uur en getrainde recreanten tikken ook regelmatig de 50 kilometer per uur aan. De timing klopt, de ontspanning in de kuitspieren is dusdanig groot dat we de beweging makkelijker kunnen maken, dus is het ook zaak om met de juiste schoenen het ijs op te gaan. Want met die toegenomen snelheden is ook de schaatsschoen weer doorontwikkeld. Een hardere kuipzool is bijvoorbeeld noodzakelijk om de hogere snelheden beter aan te kunnen en ook zijn de schoenen iets hoger geworden. Extra steun rond de enkels is cruciaal en een harde kuipzool biedt meer controle. 

Uiteindelijk komt alles samen in de Pressure en Balance-klapschaatsen van Cadomotus. De timing van je afzet wordt met buizen van DP980 dual phase-staal ook nog eens versterkt, omdat dit staal veel energie absorbeert, wat je ‘rebound’, het gevoel dat je van de schaats terugkrijgt na een felle afzet, verbetert. De schoenen bieden de nodige stevigheid en comfort. En die cruciale plaatsing van het scharnierpunt? Die kun je bij de schaatsen van Cadomotus heel precies afstellen. Hoe je dat precies doet lees je hier